Tot de startdatum van de AVG verandert onder andere de manier waarop er wordt gekeken naar het verwerken van persoonsgegevens. Onder de Wbp is voor bepaalde soorten verwerkingen een voorafgaand onderzoek door de AP vereist. De AVG kent geen voorafgaand onderzoek. Wel zijn organisaties onder de AVG verplicht een data protection impact assessment (DPIA) uit te voeren als een verwerking mogelijk een hoog risico inhoudt voor de rechten en vrijheden van de betrokkenen.
Als uit de DPIA blijkt dat de verwerking inderdaad een hoog risico oplevert en een organisatie geen maatregelen neemt om dit risico te beperken, dan moet de verwerking voor toepassing eerst worden voorgelegd aan de AP, de zogeheten voorafgaande raadpleging.
Lees ook: 10 stappen naar privacywetgeving
Tot de startdatum van de AVG hanteert de Autoriteit Persoonsgegevens de volgende procedures:
Voor de meldingen die leiden tot een voorafgaand onderzoek geldt tot 25 mei 2018:
Organisaties die een verzoek voor voorafgaande raadpleging al vóór 25 mei 2018 willen voorleggen, kunnen contact opnemen met de AP. De AP neemt na 25 mei 2018 een besluit.
Tip! Download de gratis whitepaper De Europese privacywet
Onder de Wbp moeten organisaties het verwerken van persoonsgegevens melden bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Onder de AVG vervalt de meldplicht. Alleen als er sprake is van een gegevensverwerking waarvoor een voorafgaand onderzoek moet worden aangevraagd, blijft een melding verplicht.